De 3-30-300-regel: bomen zijn de oplossing

Deze is wat moeilijker en vraag wat van je inschattingsvermogen. Loop rustig terug naar huis. Neem gerust een omweggetje, zodat je een goede schatting kunt maken. Hoeveel procent van de grond in jouw wijk, zit onder het bladerdek van een boom? Is het 30% of meer, dan zit je gebakken. Jouw wijk, is een topwijk!

Een groene wijk is een topwijk

De test die je hebt gedaan, is bedoeld om te controleren of jouw wijk, dorp of stad klaar is voor de toekomst. Want in de toekomst hebben we meer groen nodig rond de plekken waar we wonen. En dan vooral meer bomen. Want bomen zijn goed voor het klimaat, goed voor de biodiversiteit en goed voor je gezondheid. Je zou zelfs kunnen zeggen dat bomen een cruciale rol spelen in de oplossing voor de grote uitdagingen van deze tijd.

Bomen zijn goed voor klimaat en biodiversiteit

Het zal geen verrassing zijn dat bomen goed zijn voor het klimaat. De groene vriendelijke reuzen helpen ons ook tegen de gevolgen van klimaatverandering. Zoals extreme hitte en wateroverlast. Met hun grote schaduw zorgen ze voor meer verkoeling op die hete zomermiddagen. Ook bij de plensbui die zomernacht, wil je bomen in je wijk. Al dat water loopt veel makkelijker weg tussen bomen, dan tussen stenen en beton. Ook de link met biodiversiteit is snel gemaakt. Bomen bieden ruimte voor allerlei soorten dieren. Bijvoorbeeld vogels die er hun nesten in kunnen maken en insecten die onder de schors leven. Maar de koppeling tussen groen en gezondheid lijkt iets minder vanzelfsprekend.

Het verhaal gaat verder onder de afbeelding.

Toch is die koppeling inmiddels wel algemeen aanvaard volgens Nina Verheij. Zij is Adviseur Klimaat bij OZHZ en houdt zich specifiek met klimaatadaptatie bezig. “Meer groen in je wijk is goed voor je gezondheid,” legt Nina uit. “Alleen al als je vanuit je woning groen kunt zien, is dat goed voor je geestelijke gezondheid. Je voelt je er beter door.” Dat beaamt haar collega Laura Melkert, ook adviseur Klimaat bij OZHZ: “Een groene wijk nodigt bijvoorbeeld uit om naar buiten te gaan. Dus, je krijgt beweging en dat is goed voor je. En als je dan naar buiten gaat, wie kom je dan tegen? Je buren! Dit zorgt voor meer sociale contacten in de buurt. Dat is ook goed voor je.”

Dit is de 3-30-300-regel

“Maar, één boom voor de deur verandert natuurlijk nog niet zoveel voor je gezondheid, de biodiversiteit of de temperatuur in je wijk,” gaat Nina verder. Hier komt de test die je net hebt gedaan weer om de hoek kijken. Die is gebaseerd op de 3-30-300-regel. Nina legt uit: “Met deze vuistregel meet je drie dingen. Eerst of je vanuit elke woning drie bomen ziet. Dan of 30% van een wijk in de schaduw van een boom valt. En daarna of er vanuit elke woning op 300 meter afstand een verkoelend parkje is. Of een andere groene koele plek waar je iets leuks kunt doen, ook als het erg warm is.”

De 3-30-300-regel wordt nog weinig toegepast

Het zijn op dit moment vooral gemeenten die baat hebben bij deze vuistregel. Bijvoorbeeld bij het bouwen van een nieuwbouwwijk. Dat is een uitgelezen kans om te zorgen voor meer groen. En ook bij renovatieprojecten helpt de 3-30-300-regel bij het maken van slimme keuzes. Maar in de praktijk wordt deze vuistregel nog weinig toegepast in de regio, merken Nina en Laura. Nina: “De regel bestaat pas sinds een jaar of 2. Dus heel gek is het niet dat nog weinig gemeenten ermee werken.”

 De rol van OZHZ

Als het aan Nina en Laura ligt, komt daar snel verandering in. En gaan gemeenten en de provincie actief aan de slag met de 3-30-300-regel. OZHZ kan daarbij helpen. Laura: “Wij weten wat er speelt bij onze gemeenten en bij de provincie. Daardoor hoeft niet iedere gemeente het wiel opnieuw uit te vinden. Deze vuistregel voor klimaatadaptief bouwen is zo’n wiel. Daarom informeren we de gemeenten hier actief over. En als ze ermee aan de slag willen, kunnen we ze daarbij ook ondersteunen. Wij hebben namelijk voor de hele regio kaarten. Daarop kunnen we zien hoe het er nu voorstaat met het aantal bomen en groene koele plekken in een wijk. Daarnaast helpt het natuurlijk ook enorm als inwoners en ondernemers bomen plaatsen. In de tuin, op het dakterras, op een bedrijventerrein of bij de parkeerplaats. Er zijn zo veel opties!”

Het verhaal gaat verder onder de afbeelding.

Nina en Laura zien dus een rooskleurige toekomst voor de 3-30-300-regel. Nina: “Nu wordt deze regel vaak gebruikt als bijvangst: we gaan toch bouwen of iets openbreken, dus dan kunnen we ook wel meteen wat voor het klimaat doen. Ik hoop dat dit snel omdraait. Dus dat er juist gebouwd wordt omdat we een beter klimaat, biodiversiteit en leefbaarheid willen voor onze stad, dorp of wijk.” Laura knikt en vult aan: “Dat de vraag ‘zullen we asfalteren of gaan we voor groen?’ niet meer gesteld wordt. Omdat het antwoord al duidelijk is: we gaan voor groen.”